Naar boven ↑

Rechtspraak

Knoop B.V./werknemer
Rechtbank Gelderland (Locatie Arnhem), 20 november 2017
ECLI:NL:RBGEL:2017:6848

Knoop B.V./werknemer

Aannemelijk dat relatiebeding en geheimhoudingsbeding zijn overtreden door voormalig werknemer: oplegging verbod met dwangsom bij overtreding. Concurrentiebeding inmiddels geëindigd. Inbreuk op auteursrechten aangenomen. Werknemer draait op voor juridische kosten en kosten conservatoire bewijsbeslag.

Feiten

Knoop exploiteert onder de naam Happy-House een onderneming die zich richt op het ontwerpen, de productie en de verkoop van luxe benodigdheden voor kleine huisdieren. De auteursrechten op de ontwikkelde Lifestyleproducten van het merk Happy-House rusten bij Knoop. Op 1 mei 2011 is werknemer bij Knoop in dienst getreden in de functie van administratief medewerker. Werknemer is op 31 maart 2016 uit dienst getreden bij Knoop. Op haar laatste werkdag bij Knoop heeft werknemer de klanten-/relatielijst van Knoop met bezoekfrequentie- en omzetcijfers naar haar privé-e-mailadres gestuurd. Werknemer is per 1 april 2016 in dienst getreden bij Store Fillers (Evida B.V.). Na indiensttreding van werknemer bij Store Fillers is Knoop ter ore gekomen dat werknemer namens Store Fillers diverse relaties van Knoop benadert. In dat kader heeft Knoop op 19 april 2017 een verzoekschrift ingediend bij de voorzieningenrechter van deze rechtbank tot het leggen van conservatoir bewijsbeslag onder werknemer alsmede tot afgifte ter gerechtelijke bewaring. Op 20 april 2017 is aan Knoop daartoe verlof verleend. Uit dit onderzoek zijn diverse ‘hits’ naar voren gekomen. Het betreft e-mailberichten van werknemer aan bedrijven die ook met Knoop samenwerken.

Oordeel

Relatiebeding, geheimhoudingsbeding en concurrentiebeding

De tussen Knoop en werknemer in 2011 gesloten arbeidsovereenkomst bevat een relatiebeding. Uit het namens Knoop gelegde conservatoire bewijsbeslag onder werknemer, waarbij diverse (digitale) bescheiden in beslag zijn genomen, volgt een sterk vermoeden dat werknemer het e-mailbericht met de relatielijst wel degelijk heeft geopend en ook heeft gebruikt in haar functie van Sales assistent bij Store Fillers. Hoewel daaruit niet zonder meer de conclusie kan worden getrokken dat werknemer, zoals in het relatiebeding is opgenomen, de relaties van Knoop heeft benaderd met de intentie hen te bewegen hun band met Knoop te verbreken, geeft deze handelswijze van werknemer wel blijk van zodanig concurrentiegevoelig handelen dat de vrees voor overtreding van het overeengekomen relatiebeding gerechtvaardigd is. Daarom bestaat er voor Knoop in deze kortgedingprocedure voldoende belang bij toewijzing van het gevorderde verbod om relaties van Knoop te benaderen en zal deze vordering, zij het beperkt tot een door Knoop ter zitting opgegeven specifieke lijst van relaties en slechts voor de duur van het overeengekomen relatiebeding, te weten tot 31 maart 2018, worden toegewezen. Op basis van de resultaten van het gelegde bewijsbeslag is aannemelijk dat werknemer de kennis die zij tijdens haar dienstverband met Knoop heeft opgedaan met enige regelmaat heeft gebruikt en mogelijk nog altijd gebruikt bij het uitvoeren van haar huidige werkzaamheden voor Store Fillers. De voorzieningenrechter is van oordeel dat Knoop daarom belang heeft bij toewijzing van het gevorderde verbod op geheimhouding naast het reeds geldende beding op basis van de (voormalige) arbeidsovereenkomst om te voorkomen dat werknemer ook na de datum van dit vonnis nog tot overtreding van haar geheimhoudingsverplichting zal overgaan. Verder vordert Knoop een gebod voor werknemer om haar werkzaamheden voor Store Fillers voor zover deze betrekking hebben op dierenartikelen te staken en gestaakt te houden. De voorzieningenrechter stelt vast dat de arbeidsovereenkomst inderdaad een non-concurrentiebeding bevat, maar dat de reikwijdte daarvan (relatief) beperkt is in omvang. Nu de arbeidsovereenkomst van werknemer met Knoop op 1 april 2016 is geëindigd, heeft het non-concurrentiebeding haar werking op 1 november 2016 verloren. Daarom zal de vordering van Knoop strekkende tot een verbod voor werknemer om bepaalde (concurrentiegevoelige) werkzaamheden voor Store Fillers uit te voeren worden afgewezen.

Inbreuk op auteursrechten

Tussen partijen staat vast dat Knoop door de jaren heen een collectie Lifestyleproducten voor kleine huisdieren heeft laten ontwikkelen, waarvan Knoop de auteursrechthebbende is. Vaststaat eveneens dat de foto’s die door of namens Knoop van deze producten zijn gemaakt auteursrechtelijk zijn beschermd als bedoeld in de Auteurswet (Aw). Niet in geschil is dat werknemer deze foto’s vervolgens op enig moment, zonder toestemming daarvoor van Knoop, heeft gebruikt bij de uitvoering van haar werkzaamheden als Sales assistent bij Store Fillers, in die zin dat zij deze foto’s van de website en uit de catalogus van Knoop heeft gekopieerd en aan de hand daarvan bij fabrikanten en leveranciers prijzen en samples heeft opgevraagd. Het verbod op inbreukmakend handelen zal worden toegewezen, zoals gevorderd vanaf de datum van dit vonnis.

Bedrijfseigendommen

Knoop vordert verder veroordeling van werknemer om alle materialen, producten, catalogi en bedrijfseigendommen van Knoop die zij onder zich heeft te retourneren. Hoewel werknemer aanvoert dat zij niet over dergelijke stukken beschikt, blijkt uit het onder werknemer gelegde bewijsbeslag dat zij wel over (auteursrechtelijk beschermde en niet vrij toegankelijke) foto’s van de producten van Knoop beschikt en in ieder geval ook over de door werknemer aan haarzelf gemailde klantenlijst van Knoop. Daarom zal de vordering om alle materialen, producten, catalogi en bedrijfseigendommen van Knoop aan Knoop te retourneren worden toegewezen, voor zover werknemer over dergelijke bescheiden beschikt.

Geldvordering, kosten beslag en juridische kosten

Knoop vordert voorts veroordeling van werknemer tot betaling van een voorschot van € 5.000 op de door haar geleden schade vanwege het inbreukmakend handelen van werknemer. Nu niet aannemelijk is geworden dat de uitkomst van een eventuele bodemprocedure waarin wordt geoordeeld over eventueel geleden schade door haar niet kan worden afgewacht, zal deze vordering worden afgewezen. Knoop vordert verder een bedrag van € 14.543,59 aan kosten die zijn gemaakt in het kader van het onder werknemer gelegde conservatoire bewijsbeslag en de in gerechtelijke bewaarneming van de in beslag genomen bescheiden. Nu het uitgevoerde onderzoek naar aanleiding van het gelegde bewijsbeslag de nodige stukken heeft opgeleverd, staat vast dat het beslag niet nodeloos is gelegd. De gevorderde kosten zullen daarom, als overigens onweersproken, volledig worden toegewezen. Knoop vordert ten aanzien van het gedeelte van de procedure dat ziet op aspecten van intellectuele eigendom op de voet van artikel 1019h Rv de werkelijk gemaakte kosten voor juridische bijstand. Nu deze specificatie de voorzieningenrechter redelijk en evenredig voorkomt, zal het gevorderde bedrag van € 4.653,61 worden toegewezen.