werkneemster/Gemeenschappelijke Regeling 'regeling WVK-groep'

Feiten

Werkneemster is op 31 augustus 2012 in dienst getreden bij Gemeenschappelijke Regeling 'regeling WVK-groep' (hierna: ‘WVK’), laatstelijk in de functie van medewerker productie. Op donderdag 7 december 2017 heeft een voorval plaatsgevonden waarbij zowel werkneemster als X (meewerkend voorvrouw in opleiding) was betrokken. Op vrijdag 8 december 2017 heeft WVK werkneemster naar aanleiding van dat voorval geschorst met behoud van loon. WVK heeft de kantonrechter verzocht om de arbeidsovereenkomst met werkneemster op de kortst mogelijke tijd te ontbinden, primair wegens ernstig verwijtbaar handelen van werkneemster en subsidiair wegens een verstoorde arbeidsovereenkomst, zonder toekenning van een transitievergoeding wegens ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkneemster. Bij beschikking van 10 september 2018 heeft de kantonrechter op grond van de in het geding gebrachte schriftelijke en de op de USB-stick opgenomen verklaringen van getuigen A en B bewezen geacht dat werkneemster X bij de keel heeft gegrepen. De arbeidsovereenkomst is ontbonden op de e-grond per 15 september 2019 en aan werkneemster is geen transitievergoeding dan wel billijke vergoeding toegekend. Tegen dit oordeel keert werkneemster zich in hoger beroep.

Oordeel

Het hof ziet aanleiding WVK toe te laten tot bewijslevering door middel van het doen horen van getuigen over de gang van zaken in eerste aanleg, de bestrijding door werkneemster van de verklaringen van A en B onder meer bij de mondelinge behandeling in hoger beroep, het aanbod van WVK in hoger beroep om alsnog bewijs te leveren door middel van het doen horen van getuigen, het verzoek van werkneemster bij de mondelinge behandeling in hoger beroep om WVK een bewijsopdracht te geven en de overweging dat het aan WVK is bewijs te leveren van de stelling dat werkneemster verwijtbaar heeft gehandeld of heeft nagelaten als bedoeld in de e-grond. Het hof laat WVK toe feiten en omstandigheden te bewijzen die kunnen leiden tot de conclusie dat werkneemster op 7 december 2017 heeft geweigerd om de haar opgedragen werkinstructie uit te voeren en vervolgens fysiek geweld heeft toegepast tegen X door haar aan te vallen en haar keel dicht te knijpen. In afwachting van de bewijslevering wordt iedere verdere beslissing aangehouden.