Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/werkgeefster
Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Locatie 's-Hertogenbosch), 22 april 2021
ECLI:NL:GHSHE:2021:1235
Op staande voet ontslagen werkneemster wordt veroordeeld tot afgifte van haar werklaptop aan werkgever. Werkneemster is niet geslaagd in bewijs dat de laptop niet in haar bezit is.

Feiten

Werkneemster is op 5 maart 2020 op staande voet ontslagen. Aan dit ontslag is onder meer ten grondslag gelegd dat werkneemster loon aan zichzelf heeft betaald en heimelijk een aantal potten Glucolin van werkgever heeft meegenomen. De kantonrechter is in eerste aanleg (zie AR 2020-0793) tot het oordeel gekomen dat het ontslag op staande voet stand houdt. Ook het hof (zie AR 2021-0119) heeft het ontslag op staande voet rechtsgeldig bevonden. Het gaat in het incidenteel hoger beroep nog om de vraag of werkneemster een laptop (een Apple MacBook) terug moet geven aan werkgever. Werkneemster heeft betwist dat zij nog een laptop van werkgever in haar bezit heeft. In de tussenbeschikking heeft het hof geoordeeld dat op werkgever de stelplicht en bewijslast rust dat werkneemster de laptop bezit. Voorts heeft het hof geoordeeld dat werkgever voorshands in die bewijslevering is geslaagd en dat werkneemster tegenbewijs mag leveren. Werkneemster heeft schriftelijk bewijs bijgebracht en heeft afgezien van bewijs door middel van getuigen.

Oordeel

Het hof is van oordeel dat dit schriftelijk bewijsmateriaal niet voldoende is om de voorshands bewezen geachte stelling te ontzenuwen, ook niet wanneer het hof de overige in het dossier aanwezige gegevens daarbij betrekt. Volgens werkneemster blijkt uit de door haar overgelegde Whatsappcorrespondentie dat de laptop op het kantoor van werkgever aanwezig was begin december 2019. Het hof is van oordeel dat dit inderdaad uit de twee overgelegde berichten afgeleid zou kunnen worden. Werkgever heeft echter de echtheid van die berichten betwist. Het hof is van oordeel dat de afdrukken van de gesprekken onvoldoende overtuigend zijn, omdat dergelijke afdrukken eenvoudig te manipuleren zijn, zoals werkgever heeft gesuggereerd. Werkneemster heeft ervoor gekozen om af te zien van getuigenverhoor, zodat de getuigen niet bevraagd kunnen worden over de feitelijke gang van zaken. Zo blijft onder meer onopgehelderd of werkneemster het grote aantal e-mails dat zij in februari 2020 heeft doorgestuurd van haar zakelijke naar haar privé e-mailaccount, vanaf die laptop heeft gestuurd of via een andere weg. Gelet op het voorgaande en hetgeen in de tussenbeschikking is overwogen, wijst het hof de vordering van werkgever tot afgifte van de laptop toe.