Artikel 8:73a Awb (geldig tot 1 juli 2013) bepaalde dat in geval van intrekking van het beroep omdat het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroep is tegemoetgekomen, het bestuursorgaan op verzoek van de indiener bij afzonderlijke uitspraak met toepassing van artikel 8:73 Awb kan worden veroordeeld tot vergoeding van de schade die de verzoeker lijdt. Artikel 8:75 Awb bepaalt dat in geval van intrekking van het beroep omdat het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift is tegemoetgekomen, het bestuursorgaan op verzoek van de indiener bij afzonderlijke uitspraak met toepassing van artikel 8:75 Awb in de kosten kan worden veroordeeld. Ingevolge artikel 8:108 Awb geldt dit ook voor hoger beroep. Namens appellant is het hoger beroep ingetrokken, omdat UWV met de gewijzigde beslissing op bezwaar van 7 juli 2015 aan de bezwaren van appellant tegemoet is gekomen. De Centrale Raad van Beroep ziet aanleiding UWV te veroordelen in de redelijkerwijs gemaakte kosten in verband met bezwaar, beroep en hoger beroep. Het verzoek van appellant om UWV te veroordelen tot vergoeding van de wettelijke rente over de na te betalen uitkering wordt toegewezen. Voor de wijze waarop UWV de rente dient te berekenen wordt verwezen naar de uitspraak van 25 januari 2012, ECLI:NL:CRVB:BV1958. Voor vergoeding van het betaalde griffierecht kan appellant zich rechtstreeks tot UWV wenden.