Uitbetaling niet-genoten vakantiedagen derde ziektejaar. Artikel 7:634 BW in strijd met Europese richtlijn. Richtlijnconforme interpretatie niet mogelijk.

Bepaaldetijdsrichtlijn en artikel 7 Arbeidstijdenrichtlijn. Bestendiging rechtsbestel gedurende meer dan 16 jaar geen objectieve rechtvaardigingsgrond.

Werkgeversdeel pensioenpremie valt niet onder vakantieloon, maar de bonus wel, nu werkneemster deze bonus “vaker wel dan niet” heeft ontvangen en deze dus geen incidenteel karakter heeft.

Verzoek tot betaling van de transitievergoeding, vakantietoeslag en vakantiedagen toegewezen. Matiging van de wettelijke verhoging.

Werknemer had tijdens ziekte op grond van de cao recht op 85% van het loon dat hij verdiende tijdens zijn detachering voordat hij ziek werd. Er is namelijk geen aanleiding om te veronderstellen dat de detachering zou zijn geëindigd als werknemer niet ziek was geworden.

Verzoeken werknemer tot betaling van resterende transitievergoeding, achterstallig loon en niet-genoten vakantiedagen grotendeels toegewezen. Niet is gebleken dat werknemer heeft ingestemd met het laten gelden van ziektedagen als vakantiedagen. Aanspraak op wettelijke vakantiedagen niet vervallen.

Hof staat tussentijds cassatieberoep toe in geschil tussen internationaal transportbedrijf en 26 chauffeurs aangaande vakantieloon.

Partijen zijn het niet eens over de “waarde van een vakantiedag”: de hoogte van het loon dat moet worden betaald als een werknemer vakantie opneemt.

Vakantieverlof: richtlijn verzet zich tegen een nationale regeling op grond waarvan er – met het oog op de beheersing van de overheidsuitgaven en de organisatorische behoeften van de publieke werkgever – aan de werknemer die zijn dienstverband vrijwillig beëindigt geen vergoeding mag worden betaald.

Werkgever hoeft vakantieperiode die samenvalt met opgelegde COVID-19 quarantaine niet te compenseren.