Kwalificatie van de overeenkomst van medewerker die via een tussenbureau werkzaam is geweest bij het RIVM. Geen arbeidsovereenkomst met het RIVM. Geen payrollovereenkomst of arbeidsovereenkomst met het tussenbureau. De omstandigheden wijzen veeleer op een opdrachtovereenkomst.

Ontbinding arbeidsovereenkomst op de a-grond van een directeur die via payrollconstructie werkzaam was bij een internationaal bedrijf. Herplaatsing ligt niet in de rede. De formele werkgever kan herplaatsing van werknemer niet afdwingen bij de materiële werkgever.

Werkgever heeft loonbetaling tijdens ziekte ten onrechte opgeschort. Werkneemster heeft recht op 70% - en niet 100% - van het loon. De arbeidsomvang wordt op grond van artikel 7:628a lid 5 BW voorlopig vastgesteld op 111,83 uur.

Uitzendkracht heeft geen arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd met inlener na aaneengesloten inleenperiode van bijna dertien jaar. Geen sprake van misbruik als bedoeld in artikel 5 lid 5 Uitzendrichtlijn.

Stilzwijgende voortzetting uitzendovereenkomst na voltooiing van fase A leidt tot uitzendovereenkomst in fase B die wordt geacht te zijn aangegaan voor de duur van een jaar.

Loonvordering toegewezen. De overeenkomst tussen partijen dient te worden gekwalificeerd als een arbeidsovereenkomst, meer specifiek een oproepovereenkomst.

Werknemer vordert achterstallig loon nadat uitzendwerkgever loonstop had toegepast omdat werknemer vervangend werk heeft geweigerd. Vordering werknemer afgewezen.

Uitzendkracht vordert loon tijdens ziekte. Van uitzendkracht mag in dit geval deskundigenverklaring worden verlangd, hoewel het een kortgedingprocedure betreft.

Geen uitvoering meer gegeven aan oproepcontract. Partijen wijzen allebei de ander aan als degene die de arbeidsovereenkomst heeft beëindigd. Werkneemster vordert loondoorbetaling en toelating tot het werk.

Uitzendovereenkomst. Afwijzing transitievergoeding. Geen sprake van niet-voortzetting van arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd op initiatief van de werkgever.