Feiten

Werknemers zijn in dienst (geweest) bij AVR-afvalverwerking B.V. (hierna: AVR) op de productieafdeling in de functie van wachtchef. Op de arbeidsovereenkomst was tot 1 januari 2018 de cao Afval & Milieu van toepassing en met ingang van 1 januari 2018 de cao Grondstoffen, Energie en Omgeving. AVR heeft werknemers per brief van 26 november 2015 op de hoogte gesteld van een organisatiewijziging binnen de afdeling productie. Die wijziging heeft gevolgen voor de functie van wachtchef waarbij deze functie mogelijk opnieuw ingeschaald zou worden. AVR heeft vervolgens een brief gestuurd naar werknemers waarin staat dat wanneer blijkt dat werknemers ten gevolge van de nieuwe functie-inschaling in een hogere loonschaal terecht zouden komen, deze verhoging met terugwerkende kracht zou worden doorgevoerd. Werknemers vorderen een verklaring voor recht dat de functie van wachtchef met terugwerkende kracht tot 1 januari 2016 is ingeschaald in loonschaal K. Eveneens stellen werknemers een loonvordering in.

Oordeel

In de toepasselijke cao is een functieprofiel opgenomen voor de functie van wachtchef. Daarin is de functie ingedeeld in loonschaal J. De cao bevat de mogelijkheid om de functie van wachtchef in een hogere loonschaal in te delen.

AVR heeft per brief van 26 november 2015 laten weten dat de functiebeschrijving van wachtchef een nieuwe omschrijving nodig had. De functie van werknemers wordt indicatief in schaal J ingedeeld (de dan geldende schaal) maar een eventuele wijziging zou met terugwerkende kracht per 1 januari 2016 worden doorgevoerd. Vervolgens heeft AVR een brief verstuurd waarin staat dat het nieuwe profiel op intranet wordt geplaatst, zodat hier door werknemers op kon worden gereageerd. Aan werknemers wordt bevestigd dat indien een andere loonschaal uit de functieweging komt dan schaal J, de “afspraak in stand blijft” dat deze loonschaal met terugwerkende kracht wordt doorgevoerd. Aan werknemers is op 23 mei 2018 nog toegezegd dat ingeval er een weging plaatsvindt waaruit een hogere loonschaal komt, die loonschaal met terugwerkende kracht wordt toegepast. Werknemers mochten er dan ook gerechtvaardigd op vertrouwen dat, nu uit de weging schaal K kwam, deze loonschaal met terugwerkende kracht per 1 januari 2016 zou worden toegepast. Verder is de vordering van werknemers naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet onaanvaardbaar. Evenmin hebben werknemers te laat geklaagd. De wettelijke verhoging wordt gematigd tot nihil nu tussen werknemers en werkgever een principiële discussie bestond over de verwachtingen die werkgever al dan niet had gewekt. De vorderingen van werknemers worden derhalve toegewezen.