Centrale Raad van Beroep stelt prejudiciële vragen aan Hof van Justitie van de EU over Besluit 3/80 van de Associatieraad EG/Turkije.

Toepassing woonlandbeginsel bij vaststelling hoogte uitkering in strijd met verdrag tussen Nederland en Thailand inzake export van socialeverzekeringsuitkeringen.

Appellante heeft woonplaats niet in Nederland behouden, maar overgebracht naar Duitsland. Van een vergelijkbare nauwe band met Nederland als bedoeld in het arrest Bergemann is in de situatie van appellante geen sprake.

Geen sprake van leeftijdsdiscriminatie, aangezien bij het bereiken van de 30e verjaardag het perspectief wijzigt van onderwijs naar werk. Dit is een objectieve rechtvaardiging voor een leeftijdsgrens van 30 jaar.

UWV mag zich baseren op een in het buitenland verricht onderzoek bij de beoordeling van de mate van arbeidsongeschiktheid, maar aan een vertaalslag van beperkingen zoals vermeld door een buitenlandse arts naar de FML moeten stringente eisen worden gesteld.

Deelname aan een staking mag geen gevolgen hebben voor de hoogte van de WW-uitkering. Werknemers zullen er door een verlagend effect immers mogelijk van worden weerhouden deel te nemen aan een staking, hetgeen in strijd is met artikel 6 lid 4 ESH.

Deelname aan een staking mag geen gevolgen hebben voor de hoogte van de WW-uitkering. Werknemers zullen er door een verlagend effect immers mogelijk van worden weerhouden deel te nemen aan een staking, hetgeen in strijd is met artikel 6 lid 4 ESH.

Woonlandbeginsel. Artikel 5 NKV kan niet anders worden uitgelegd dan dat de vervolguitkering zonder aanpassingen/verlaging aan betrokkene, woonachtig te Kaapverdië, dient te worden verstrekt.

Voor de beoordeling of betrokkene zijn normale woonplaats in Nederland of in Polen heeft, zijn niet de formele indicaties doorslaggevend, maar zijn de concrete feiten en omstandigheden bepalend.

Tijdelijke vermindering van het aantal uren dat appellante binnen kantooruren kan werken als gevolg van een revalidatietraject leidt niet noodzakelijkerwijs tot een urenbeperking. Uit de FML blijkt niet dat zij beperkt is voor het werken buiten kantooruren. Vereist is dan wel dat de aan de schatting ten grondslag gelegde functies wisselende diensten kennen.