Werknemer heeft geen recht op ZW-suppletie, omdat de arbeidsovereenkomst niet door het uitzendbeding is beëindigd, maar van rechtswege is geëindigd.

Ontslag op staande voet is niet rechtsgeldig nu dit met terugwerkende kracht is verleend.

Werkgever in kort geding bij verstek veroordeeld tot loon(door)betaling. Werkgever moet werknemer laten oproepen door de bedrijfsarts.

Deelgeschilprocedure. Artikel 1019w Rv. Werkgeefster is aansprakelijk voor het ongevalsincident dat werkneemster is overkomen. Artikel 7:658 BW. Werkgeefster heeft onvoldoende onderbouwd dat zij aan haar zorgplicht heeft voldaan.

Voor zover werkneemster al een verwijt kan worden gemaakt, zijn deze incidenten niet zodanig ernstig dat deze een grond voor ontbinding opleveren. Het verzoek tot ontbinding wordt afgewezen.

Werknemer heeft onjuiste mededelingen gedaan over zijn belastbaarheid en over zijn gestelde COVID-19-besmetting. Deze gedragingen leveren een dringende reden op die ontslag op staande voet rechtvaardigen.

Arbeidsovereenkomst alcoholverslaafde werknemer ontbonden wegens verwijtbaar handelen. Werknemer werkt zonder deugdelijke grond niet mee aan re-integratie en schendt controlevoorschriften.

Gezamenlijk verzoek (art. 96 Rv). Beroep op volledige ongewijzigde instandhouding van gemaakte afspraken is naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar.

Kort geding. Loonvordering.

Werkgeefster wordt veroordeeld in de proceskosten nadat zij al haar verzoeken heeft ingetrokken.