Naar boven ↑

Update

Nummer 5, 2022
Uitspraken van 26-01-2022 tot 01-02-2022
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Geachte confrères, collegae, amici en amicae,

Bijgaand treft u weer een nieuwe VAAN AR Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.

Wetsvoorstel 2G aan zijden draad, gevolgen wetsvoorstel verbreding CTB op de werkvloer?
Op 1 februari jl. heeft minister Kuipers aangekondigd meer tijd nodig te hebben voor het wetsvoorstel 2G. De Tweede Kamer heeft aangedrongen op een hoofdelijke stemming volgende week (tot afstel). In de Kamerbrief stelt minister Kuipers voor dat enkel het wetsvoorstel 2G wordt aangehouden. De kans is niet gering dat ook de andere wetsvoorstellen – waaronder CTB op de werkvloer – zullen worden aangehouden of ingetrokken. Volgende week (hopelijk) meer nieuws.

Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de volgende uitspraken.

Werknemer die niet kan terugkeren van vakantiebestemming wegens ‘lockdown’ behoudt recht op loon
In AR 2022-0138 oordeelt de kantonrechter over de vraag voor wiens loonrisico het niet kunnen terugkeren van vakantie wegens algehele lockdown als gevolg van de COVID-pandemie komt. De werknemer van DAF was in maart 2020 (nog voordat Nederland in lockdown ging) met vakantieverlof naar Turkije gegaan. Na afloop van de vakantieperiode kon werknemer niet terugkeren. De grenzen waren afgesloten en werden bewaakt door de politie en er gingen geen vluchten meer terug naar Nederland. Deze omstandigheid komt in redelijkheid niet voor rekening en risico van werknemer, zodat hij recht op loon behoudt.

Depothouder van kranten heeft geen arbeidsovereenkomst met Mediahuis: vrije vervanging en grote mate van vrijheid bij invulling werkzaamheden
In AR 2022-0127 oordeelt de kantonrechter Amsterdam dat een depothoudster geen arbeidsovereenkomst met Mediahuis heeft. Allereerst is van belang wat partijen hebben bedoeld met elkaar af te spreken. In de overeenkomsten tussen partijen staat expliciet dat het gaat om overeenkomsten van opdracht ex artikel 7:400 BW. Op de overeenkomsten zijn algemene voorwaarden van toepassing. In de algemene voorwaarden staat onder meer dat het de depothouder vrijstaat zich te laten vervangen, maar dat de depothouder zelf verantwoordelijk blijft voor de uitvoering van de opdracht. Dit laatste past niet binnen het kader van een arbeidsovereenkomst. De opdrachten die X kreeg vanuit Mediahuis hadden altijd te maken met het eindresultaat van de opdracht. X was echter vrij in de wijze waarop zij haar werkzaamheden uitvoerde. Met betrekking tot de werktijden heeft Mediahuis aangevoerd dat het de depothouder vrijstaat deze naar eigen inzicht in te vullen. Nu zowel persoonlijke arbeid als het gezagselement ontbreekt, is geen sprake van een arbeidsovereenkomst.

Cao-ontslagcommissie bevoegd bij ontslag ongebonden werknemer
In AR 2022-0130 oordeelt de kantonrechter dat de cao-ontslagcommissie van NN bevoegd is kennis te nemen van een ontslagverzoek met betrekking tot een ongebonden werknemer. De wettekst van artikel 7:671a lid 2 BW geeft geen antwoord op de vraag of een cao-ontslagcommissie bevoegd is om kennis te nemen van een ontslagverzoek dat gericht is tegen een werknemer die niet gebonden is aan een cao. Uit opmerkingen van de regering tijdens de parlementaire behandeling bij artikel 7:671a lid 2 BW leidt de kantonrechter af dat het voor de vraag of een cao-ontslagcommissie bevoegd is om kennis te nemen van een ontslagverzoek, niet van belang is of een werknemer al dan niet gebonden is aan een cao. Slechts van belang is of de werkgever gebonden is aan een cao. Vaststaat dat NN gebonden is aan de Cao NN. De cao-ontslagcommissie was dus bevoegd om kennis van het ontslagverzoek te nemen. Los van het voorgaande heeft te gelden dat het opgenomen incorporatiebeding naar het oordeel van de kantonrechter een zogenoemd ‘dynamisch incorporatiebeding’ betreft, dat tot gevolg heeft dat de Cao NN van toepassing is op de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst.

In AR 2021-1143 oordeelde dezelfde rechtbank nog tot onbevoegdheid van deze cao-ontslagcommissie bij het ontbreken van binding van de werknemer aan de cao.

Structureel te laat komen (0,5 tot 1 uur) rechtvaardigt ontslag op staande voet
In AR 2022-0121 oordeelt de kantonrechter dat het structureel te laat komen een ontslag op staande voet rechtvaardigt. Het meerdere malen (twaalf keer) in een periode van ongeveer een half jaar, ondanks waarschuwingen, substantieel – meer dan enkele minuten – te laat komen levert naar het oordeel van de kantonrechter een dringende reden op die het ontslag op staande voet rechtvaardigt. Omstandigheden aan de kant van werknemer die maken dat het ontslag niet gerechtvaardigd is, zijn niet gebleken. De door hem overgelegde brief van de huisarts waarin staat dat sprake is van een dreigende burn-out, mede in verband met de vele uren die hij als zzp’er maakte, is hiertoe onvoldoende. Hij heeft zich immers niet ziekgemeld op zijn werk. Werknemer heeft evenmin recht op een transitievergoeding.

Vragen of opmerkingen
Indien u problemen ondervindt met inloggen, kunt u contact opnemen met het secretariaat van de VAAN via het telefoonnummer 0343-430600 of via het e-mailadres secretariaat@vaan-arbeidsrecht.nl. Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest ons nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Hof

Rechtbank