Naar boven ↑

Update

Nummer 1, 2024
Uitspraken van 28-12-2023 tot 03-01-2024
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Geachte confrères, collegae, amici en amicae,

Bijgaand treft u weer een nieuwe VAAN AR Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.

De allerbeste wensen voor 2024! Met ruim 1570 uitspraken was 2023 een productief jaar. Een goede #2-notering over de afgelopen tien jaar. Alleen 2021 was met ruim 1631 uitspraken ‘productiever’. Tussen Kerstmis en Nieuwjaarsdag verscheen nog een aantal interessante uitspraken.

Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de volgende uitspraken.

Studiekostenbeding BBL-scholing op grond van artikel 5.2 Cao VVT verplichte scholing die niet op de werknemer mag worden verhaald
In AR 2023-1571 oordeelt de kantonrechter te Almelo in kort geding over de vraag of werkneemster een deel van de studiekosten moet terugbetalen. De kantonrechter overweegt dat de tekst van artikel 5.2 van de Cao VVT duidelijk is. In deze bepaling staat dat functiegerichte scholing en scholing verplicht gesteld door de werkgever volledig worden vergoed in tijd en geld. Tussen partijen staat vast dat sprake is van functiegerichte scholing die door de werkgever verplicht is gesteld. Op grond van deze cao-verplichting mag werkgever de studiekosten niet verrekenen. Of de bepaling ook nietig is op grond van artikel 7:611a BW – de primair aangevoerde grondslag – laat de rechter in het midden.

Waarnemend oogarts in ziekenhuis is geen werknemer/deelnemer in de zin van Pensioenfonds Zorg en Welzijn, ondanks oordeel ‘dienstbetrekking’ Belastingdienst
In AR 2023-1569 oordeelt het hof in hoger beroep van AR 2021-1530 dat de waarnemend oogarts in verschillende ziekenhuizen niet werkzaam is geweest als werknemer en derhalve geen aanspraak kan maken op deelname aan Pensioen Zorg en Welzijn. Het hof kent betekenis toe aan het feit dat werker steeds declareerde zonder dat door het ziekenhuis loonheffingen werden ingehouden. Dat werker niet steeds over een VAR beschikte, acht het hof minder doorslaggevend. De omstandigheid dat de Belastingdienst werker wel als werknemer kwalificeert, is niet meer dan ‘een omstandigheid’. De burgerlijke rechter moet dat immers zelfstandig vaststellen en is daarbij niet gebonden aan het oordeel van de Belastingdienst. Hoe partijen destijds zijn omgegaan met de fiscale verplichtingen is wél een van de omstandigheden die het hof bij de beoordeling of sprake was van een arbeidsovereenkomst zal betrekken.

Zonder rechtsgrond opzeggen arbeidsovereenkomst ‘zieke werknemer’ leidt tot veroordeling werkelijke proceskosten werkgever
In AR 2023-1561 oordeelt de kantonrechter dat het ontslag van een zieke werknemer nietig is. De enkele omstandigheid dat werkgeefster de ziekmelding niet wil accepteren, is geen reden voor ontslag (op staande voet). De gemachtigde van werknemer heeft werkgeefster geïnformeerd over het wettelijk systeem van het ontslagrecht en dat de opzegging van werkgeefster niet rechtsgeldig is. De gemachtigde heeft werkgeefster vervolgens in de gelegenheid gesteld het ontslag ongedaan te maken om zo een onnodige procedure te voorkomen. Werkgeefster heeft hierop geantwoord bij haar standpunt te blijven. In verband met wettelijke termijnen was werknemer hierdoor genoodzaakt een procedure te starten en kosten te maken. Ter zitting heeft werkgeefster verklaard zelf ook wel te hebben ingezien dat de arbeidsovereenkomst op deze wijze niet rechtsgeldig is opgezegd en zij het loon moet doorbetalen. Werkgeefster koos er echter voor het ontslag niet in te trekken, waardoor werknemer gedwongen werd deze procedure te voeren. Werkgeefster is dan ook de werkelijke proceskosten verschuldigd.

Vulploegmedewerker Dirk op staande voet ontslagen wegens grensoverschrijdend gedrag jegens een milkshake drinkende collega: ‘zuigen’, ‘likken’ en ‘slikken’
In AR 2024-0001 oordeelt de kantonrechter het ontslag op staande voet van een vulploegmedewerker terecht gegeven en bovendien ernstig verwijtbaar. De combinatie van het drinken van een milkshake door een vrouwelijke collega en woorden als ‘neem die dick’, ‘neem die dikke, dikke c aan’ en ‘als luister gewoon als een klein katje’ en ‘een braaf katje’ in de context van aanhoudend gekreun, gelach, zoengeluiden en de toevoeging van de andere gespreksdeelnemer waarin onophoudelijk dingen werden gezegd als ‘tjap die tollie’, ‘goed zo, likken’, ‘slikken, lekker’, en ‘lik het konjo’ maakt dat ook de bijdrage van werknemer voor zover hij deze heeft erkend, een seksuele lading hadden, althans dat in ieder geval meer dan aannemelijk en verklaarbaar is dat die opmerkingen als zodanig zijn opgevat. Dit had werknemer kunnen en moeten begrijpen.

Vragen of opmerkingen
Indien u problemen ondervindt met inloggen, kunt u contact opnemen met het secretariaat van de VAAN via het telefoonnummer 0343-430600 of via het e-mailadres secretariaat@vaan-arbeidsrecht.nl. Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest ons nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Hof

Rechtbank