Update
Geachte confrères, collegae, amici en amicae,
Bijgaand treft u weer een nieuwe VAAN AR Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.
De ‘vier’ van ’24
Een heel mooie jaarwisseling gewenst! Met 1609 gepubliceerde uitspraken op AR Updates was 2024 productiever dan 2023 (1570 uitspraken), maar blijft de koppositie van 2021 (1631 uitspraken) onaangetast. En in die 1609 uitspraken zaten weer veel pareltjes. Als we dan toch voor de ‘vier van ’24’ moeten gaan, dan zou die top er zo uit kunnen zien.
#4 – ‘Time, is never time at all’: arbeidstijd en vrijetijd en…?
In 2024 heeft de Hoge Raad zich meermalen mogen uitlaten over ‘tijd’. Zo stond in AR 2024-1153 de zogenoemde ‘10 minuten-regel’ ter discussie. De Hoge Raad liet het oordeel van het hof dat sprake was van arbeidstijd in stand (art. 81 RO). Eerder dit jaar oordeelde de Hoge Raad in de zogenoemde ‘waddenambulance-zaak’ uitgebreid over ‘wachttijd’ als ‘arbeidstijd’ indien er objectief aanzienlijke beperkingen zijn tussen de arbeidsactiviteiten in de tijd vrij en naar eigen inzicht in te richten (AR 2024-0396).
#3 – Welk loon? Vakantie-, inleners- en deeltijdbeloning
Ook in 2024 zorgden vragen omtrent het vakantieloon weer voor jurisprudentie. In AR 2024-1209 oordeelde de Hoge Raad dat overwerk dat geregeld wordt verricht en waarvan de vergoeding een belangrijk onderdeel vormt, tot het reguliere vakantieloon behoort zoals volgt uit onder meer HvJ EU-rechtspraak Hein/Holzkamm.
Op dezelfde dag oordeelde de Hoge Raad (AR 2024-1206) dat het begrip inlenersbeloning ex artikel 8 Waadi richtlijnconform (en dus ruim) moet worden uitgelegd en daarmee alle voordelen omvat die een werknemer direct of indirect geniet, tijdens of na afloop van het dienstverband (ongeacht of hier een arbeidsprestatie tegenover staat). Daarmee gaf de Hoge Raad invulling aan het eerder dat jaar gewezen arrest Randstand Empleo van het HvJ EU (AR 2024-0265).
Het HvJ EU bevestigde wederom dat het onderscheid meeruren versus overuren voor deeltijders problematisch is als hiervoor geen objectieve rechtvaardiging kan worden gegeven. Het toekennen van een relatieve overwerkvergoeding aan een deeltijder leidt niet tot ongelijke behandeling van voltijders, omdat die simpelweg geen extra inspanning verrichten ten opzichte van hun contractueel bedongen arbeidsomvang (AR 2024-0953). Daar gaan we in 2025 vast meer over horen.
#2 – Doorwerking algemeen vermogensrecht: een dag niet geklaagd, is een dag niet…
In zowel AR 2024-0361 als in AR 2024-1179 oordeelde de Hoge Raad over toepassing van de klachtplicht ex artikel 6:89 BW in het arbeidsrecht. Met name in het tweede arrest toonde de Hoge Raad zich meester van het één doen en het ander niet nalaten. Ja, natuurlijk werkt het algemeen vermogensrecht door in de bijzondere overeenkomsten van Boek 7 BW. En ja, natuurlijk moet je bij de toepassing van die leerstukken in het bijzonder de aard van de rechtsbetrekking en de aard van de prestatie laten meewegen.
Een maand later deed de Hoge Raad in het zogenoemde FairPlay III-arrest een minstens zo interessante kwestie als de rol van ‘rechtsverwerking’ bij claims van werknemers jegens hun werkgever met een artikel 81 RO af. Het laat maar weer eens zien dat het kan verkeren met doorwerking van het vermogensrecht in het arbeidsrecht.
#1 - Zzp: ja of nee?
Tja… op de laatste dag van het Handhavingsmoratorium van de Wet DBA… moet het onderwerp ‘kwalificatie’ wederom als nummer 1 worden genoemd. Nee, geen Uber-arrest of Helpling-arrest dit jaar. Wel veel commotie onder (bepaalde) zzp’ers of zij per 1 januari 2025 hun opdrachtovereenkomst wel kunnen voortzetten of stiekem al jaren werkzaam zijn op basis van een arbeidsovereenkomst. De lang uitgestelde handhaving van de Wet DBA gaat eindelijk plaatsvinden. De Belastingdienst gaat vanaf 1 januari controleren en dat zal gevolgen hebben. Ondertussen kijken wij uit naar de voortzetting van het Wetsvoorstel verduidelijking beoordeling arbeidsrelatie (VBAR) en wordt met smart gewacht op het antwoord op de prejudiciële vragen in Uber. En dat mag allemaal op de laatste dag van het jaar. Terugkijken en verwachten.
En vergeet bovenal niet wat Meijers ons leerde: Boek 1 staat niet voor niets voor Boek 7. Met die overdenking wensen wij jullie een MAXimaal gezond, gelukkig en voorspoedig 2025 toe!
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de volgende uitspraken.
Hof: trambestuurder die een telefoon in zijn hand houdt en daar af en toe op kijkt, ten onrechte op staande voet ontslagen. Wel rechtvaardigt dit gedrag ontbinding op de e-grond, ondanks het overigens goed functioneren.
In AR 2024-1603 oordeelt het hof dat het ontslag op staande voet van een trambestuurder die tijdens het rijden met zijn telefoon bezig was, onterecht is omdat werkgever (GVB) onvoldoende duidelijk zou hebben gecommuniceerd wat de sanctie zou zijn op overtreding van de regel. Werknemer heeft als trambestuurder één taak en dat is de passagiers (en de tram) op tijd en veilig van A naar B te brengen. Door tijdens het rijden op zijn mobiele telefoon te kijken terwijl hij die mobiele telefoon tussen zijn benen had liggen of in zijn hand hield, heeft werknemer zijn aandacht gedurende die momenten niet op de weg en het overige verkeer gehad. Daarmee heeft werknemer aanzienlijke risico’s voor de veiligheid van de passagiers, de overige verkeersdeelnemers, zichzelf en het materieel van GVB in het leven geroepen. Werknemer heeft met zijn gedragingen niet alleen gehandeld in strijd met het veiligheidsbeleid van GVB, maar ook met het bepaalde in artikel 61a RVV 1990 waarin het vasthouden van een mobiele telefoon tijdens het rijden strafbaar is gesteld en gesanctioneerd wordt. De gedragingen van werknemer zijn naar het oordeel van het hof gelet op de aard van zijn functie en het beleid van GVB zodanig ernstig dat van GVB niet gevergd kan worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Dat de risico’s zich niet hebben verwezenlijkt en er zich geen ongelukken hebben voorgedaan of schade is opgelopen, maakt het voorgaande niet anders. Volgt ontbinding op de e-grond.
Hof: werknemer met ADHD (en PTSS) valt onder werkingssfeer Wet gelijke behandeling handicap/chronische ziekte. Herstel arbeidsovereenkomst wegens onvoldoende maatregelen werkgever
In AR 2024-1604 oordeelt het hof dat de ADHD-diagnose werknemer blijvend beperkt in zijn arbeid, zodat sprake is van handicap in de zin van de WGBh/CZ. Op grond van artikel 2 lid 1 WGBH/CZ rustte op de gemeente de verplichting te onderzoeken of aan de beperkingen waarmee werknemer in het dagelijkse werk te maken had tegemoet kon worden gekomen door het verrichten van aanpassingen zoals in deze bepaling voorzien. Daartoe rustte op haar onder meer de verplichting behoorlijk onderzoek te doen naar de aard van de aandoening van werknemer en de gevolgen daarvan voor zijn dagelijkse werkzaamheden. De inschakeling van een coach kan niet worden aangemerkt als behoorlijk onderzoek. Voor werknemer is medische behandeling, waaronder medicatie, aangewezen. In het licht hiervan kan ook niet worden aangenomen dat de overige door de gemeente gestelde maatregelen (waaronder overplaatsing naar andere teams en een buddysysteem) adequaat waren. De gemeente heeft niet voldaan aan haar verplichting ex artikel 2 lid 1 WGBH/CZ. Het hof acht voldoende aannemelijk dat de verschillende gronden die de gemeente aan haar ontbindingsverzoek ten grondslag heeft gelegd, te maken hebben met de beperkingen die voor werknemer voortvloeiden uit ADHD en PTSS. Het ontbindingsverzoek (impulsief handelen en niet aan te sturen) berust dan ook op indirect onderscheid als bedoeld in artikel 1 aanhef en onder c WGBH/CZ. Het ontbindingsverzoek is in eerste aanleg ten onrechte toegewezen. Het hof herstelt de arbeidsovereenkomst tussen partijen met ingang van 1 maart 2024 (datum ontbinding). Werknemer hoeft de reeds uitbetaalde transitievergoeding niet terug te betalen.
Ktr: inschrijving als vennoot in de KvK is een schijnhandeling. Arbeidsovereenkomst niet geëindigd
In AR 2024-1607 oordeelt de rechter dat het inschrijven als vennoot van de vennootschap bij de Kamer van Koophandel in dit geval alles weg heeft van een schijnhandeling. Bovendien heeft een dergelijke inschrijving vooral externe werking, maar heeft het geen formele rechtscheppende werking voor de verhouding tussen werknemer en werkgever. Daarom moet worden aangenomen dat de arbeidsovereenkomst niet is geëindigd (nu overigens geen vennootschapscontract is opgesteld of van mondelinge afspraken is gebleken). Werkgever wordt veroordeeld het ziekengeld te blijven betalen.
Vragen of opmerkingen
Indien u problemen ondervindt met inloggen, kunt u contact opnemen met het secretariaat van de VAAN via het e-mailadres secretariaat@vaan-arbeidsrecht.nl. Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar juridisch@boom.nl.
Rest ons nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.
Hof
- Gerechtshof Den Haag Herstel arbeidsovereenkomst medewerker buitendienst. Ontbindingsverzoek gemeente berust op indirect onderscheid (WGBH/CZ) en is in eerste aanleg ten onrechte toegewezen. ADHD met PTSS wordt aangemerkt als handicap of chronische ziekte in de zin van de WGBH/CZ. 17-12-2024
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Verzoek van ziekenhuis tot het laten eindigen van de arbeidsovereenkomst met een van zijn chirurgen wordt ook in hoger beroep afgewezen. Er is geen verbetertraject doorlopen en de daarnaast gestelde verstoring van de arbeidsrelatie wordt als niet duurzaam beoordeeld. 16-12-2024
- Gerechtshof Amsterdam Loonvordering tegen (oud-)werkgever grotendeels toegewezen. 10-12-2024
- Gerechtshof Amsterdam Ontslag op staande voet van trambestuurder die een telefoon in zijn hand houdt en daar af en toe op kijkt niet rechtsgeldig omdat het sanctiebeleid onvoldoende duidelijk kenbaar was. Wel ontbinding van de arbeidsovereenkomst op e-grond. 10-12-2024
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Ontslag op staande voet wegens het aannemen en meenemen van contant geld is ten onrechte gegeven. 09-12-2024
Rechtbank
- Rechtbank Rotterdam Buschauffeur RET op staande voet ontslagen vanwege duwen passagier. Ontslag op staande voet vernietigd. Wel ontbinding op de g-grond vanwege ernstig en duurzaam verstoorde arbeidsverhouding. 20-12-2024
- Rechtbank Noord-Holland OS16 Hoorn B.V. is ontbonden en beëindigd. Dit doet niets af aan de ontvankelijkheid van werknemer in diens verzoek ten aanzien van de onregelmatige opzegging. Verzoeken tot betaling van de billijke vergoeding toegewezen. 19-12-2024
- Rechtbank Overijssel Eiseres vordert dat WWplus B.V. haar een (hogere) aanvullende uitkering betaalt. De vorderingen van eiseres worden afgewezen. Ook de door eiseres gevorderde immateriële schadevergoeding wordt afgewezen. 17-12-2024
- Rechtbank Overijssel De Interieursbouwers B.V. betaalt ondanks afspraak in beëindigingsovereenkomst de juridische kosten van werknemer niet en wordt veroordeeld dit wel te doen. De vordering van werknemer tot vergoeding van de volledige proceskosten wordt afgewezen. 17-12-2024
- Rechtbank Den Haag Werkneemster wordt twee keer op staande voet ontslagen. Het eerste ontslag op staande voet houdt geen stand, omdat werkgeefster niet heeft kunnen aantonen dat werkneemster heeft gelogen over haar arbeidsongeschiktheid. Daarnaast levert het verrichten van nevenwerkzaamheden na het eerste ontslag op staande voet geen grond op voor het tweede ontslag op staande voet. 13-12-2024
- Rechtbank Midden-Nederland Toestemming opzegging arbeidsovereenkomst door het UWV. Foutief verzoek werkneemster gehandhaafd. Billijke vergoeding niet onderbouwd, afwijzing verzoeken. 06-12-2024
- Rechtbank Gelderland Werknemer heeft geen onvoorwaardelijke preferente vordering op zijn failliete werkgever met betrekking tot een garantieregeling tot vroegpensioen. 04-12-2024
- Rechtbank Limburg Toetreding als vennoot tot vennootschap? Geen einde aan arbeidsovereenkomst. Werkgever moet re-integratieverplichtingen nakomen en achterstallig salaris betalen. 07-11-2024