Naar boven ↑

Update

Nummer 20, 2020
Uitspraken van 14-05-2020 tot 20-05-2020
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Geachte confrères, collegae, amici en amicae,

Bijgaand treft u weer een nieuwe VAAN AR Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.

AR-annotatie Olav van der Kind: De cumulatiegrond: combineren is nog niet zo eenvoudig
Graag wijzen wij u op de nieuwe AR-annotatie van Olav van der Kind bij zeven beschikkingen waarin de i-grond een rol speelde. Van der Kind analyseert de beschikkingen en achterhaalt waarom alle i-verzoeken tot een afwijzing leidden. Zijn analyse heeft met name betrekking op de onderbouwing van de i-grond (en de ruimte die rechtsvordering biedt aan rechters om ambtshalve de rechtsgrond aan te vullen) en de verhouding i-grond tot andere gronden. De praktische tips aan het slot van zijn commentaar zijn van belang voor de praktijkjurist. Lees de annotatie hier.

Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de volgende uitspraken.

Onregelmatigheidstoeslag vormt onderdeel van pensioengevend loon. Opstelling pensioenfonds leverde gerechtvaardigd vertrouwen op dat over een bepaalde periode geen pensioenpremies verschuldigd zouden zijn
De Hoge Raad oordeelde in AR 2020-0564 over de vraag of DHL uit de opstelling van het pensioenfonds het gerechtvaardigd vertrouwen heeft mogen afleiden dat over een bepaalde periode geen pensioenpremies over de onregelmatigheidstoeslag verschuldigd zou zijn. Partijen waren geruime tijd met elkaar in gesprek over de reikwijdte van het ‘pensioengevend loon’. Het hof oordeelde dat tot 2010 sprake was van een dergelijk gerechtvaardigd vertrouwen. Over de daarna ontstane navorderingsperiode overweegt de Hoge Raad dat het hof onvoldoende gemotiveerd het beroep op 6:248 BW heeft verworpen wat de incassokosten en handelsrente betreft.

Redelijke voorschriften in de zin van artikel 7:660a BW: vier dagen per week, twee uur per dag ‘tweedespooractiviteiten’ op kantoor verrichten
Een werknemer is op grond van artikel 7:660a lid 1 sub a BW verplicht gevolg te geven aan redelijke voorschriften. Wat redelijke voorschriften zijn, is niet nader in de wet uitgewerkt. In AR 2020-0553 geeft het hof invulling aan deze voorschriften. De aan werknemer gegeven instructie hield in dat werknemer vier dagen per week twee uur per dag op kantoor sollicitatieactiviteiten diende te verrichten. Deze instructie paste binnen wat de bedrijfsarts mogelijk hield. Deze instructie kan niet los worden gezien van het feit dat werknemer eerder al twee keer per week twee uur per dag op kantoor van werkgever aan zijn tweedespooractiviteiten werkte. Verder is daarvoor relevant dat werknemer zich op 22 juli 2019 ziek heeft gemeld en zijn re-integratieactiviteiten heeft gestopt. Volgens de bedrijfsarts was echter geen sprake van een relevante toename van zijn beperkingen. Al eerder was DTC door het UWV gesanctioneerd met een verlenging van de loondoorbetalingsverplichting wegens onvoldoende inspanningen. In verband met het onnodig stoppen van zijn re-integratie-inspanningen heeft werkgever uitdrukkelijk doen weten het verrichten van tweedespooractiviteiten op kantoor nodig was in verband met het door werkgever daarop te houden toezicht.

In AR 2020-0545 oordeelt de rechter dat – tegen het advies van de bedrijfsarts in – opstarten van een (concurrerende) onderneming resulteert in een terechte loonsanctie van werkgever op grond van artikel 7:629 lid 3 sub d BW.

Ketenregeling: vierde arbeidsovereenkomst of gewijzigde derde overeenkomst?
In AR 2020-0544 oordeelt de rechter over een samenloop van stilzwijgende verlengingen en gewijzigde contracten dat uiteindelijk vier arbeidsovereenkomsten tussen partijen zijn ontstaan en derhalve sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. De stelling dat de vierde arbeidsovereenkomst in wezen een correctie is van een de derde arbeidsovereenkomst wordt niet gevolgd. Wat de omvang van de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd betreft, wordt aansluiting gezocht bij artikel 7:610b BW en de drie maanden voorafgaand aan de ziekmelding.

Werknemer of vrijwilliger: organist in kerk
In AR 2020-0548 oordeelt het hof dat een organist in een kerk geen ‘werknemer’ is, omdat hij slechts een beperkte vergoeding kreeg die was bedoeld onder de jaarlijkse vrijstelling vrijwilligers te vallen. Dat de organist de liederen kreeg opgedragen en de arbeid persoonlijk moest verrichten maakt niet dat sprake is van een dusdanige gezagsverhouding dat sprake is van een arbeidsovereenkomst.

I-grond geen reparatiegrond
In AR 2020-0567 oordeelt de kantonrechter dat het ontbindingsverzoek op de i-grond moet worden afgewezen, omdat het in feite een reparatie is van de onvoldragen e- en g-gronden. Daarvoor is de i-grond niet bedoeld. Zie ook de hierboven genoemde annotatie van Van der Kind.

Vragen of opmerkingen
Indien u problemen ondervindt met inloggen, kunt u contact opnemen met het secretariaat van de VAAN via het telefoonnummer 0343-430600 of via het e-mailadres secretariaat@vaan-arbeidsrecht.nl. Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest ons nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Hoge Raad

Hof

Rechtbank