Naar boven ↑

Update

Nummer 18, 2024
Uitspraken van 25-04-2024 tot 01-05-2024
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Geachte confrères, collegae, amici en amicae,

Bijgaand treft u weer een nieuwe VAAN AR Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.

Rechtspraak
Op deze Dag van de Arbeid trakteren wij u graag op de volgende uitspraken.

FNV heeft recht op cao-overleg met TUI, ondanks arbeidsvoorwaardenoverleg met OR
In AR 2024-0595 oordeelt de Hoge Raad over de vraag of een werkgever (TUI) onrechtmatig handelt door in plaats van met een vakbond, met een ondernemingsraad arbeidsvoorwaardenoverleg te voeren (via art. 32 WOR). In dit arrest zet de Hoge Raad uiteen dat op basis van een belangenafweging onder omstandigheden het niet voeren van overleg met een vakbond onrechtmatig kan zijn. Daartoe geeft de Hoge Raad een aantal gezichtspunten mee, waaronder de representativiteit, deskundigheid en ervaring, en draagvlak onder werknemers. Bij de beoordeling van het oordeel van het hof overweegt de Hoge Raad dat ‘de ondergrens uit de rechtspraak’ voor representativiteit tussen 20-25% ligt. De Hoge Raad oordeelt dat TUI onrechtmatig handelt door niet in collectief overleg te treden met FNV.

Instelling Gemeenschappelijke ondernemingsraad AH e-Commerce en Albert Heijn BV is bevorderlijk voor de goede toepassing van de WOR
In AR 2024-0578 oordeelt de kantonrechter over de vraag of tot instelling van een GemOR mocht worden besloten. Het gaat op grond van de WOR om de vraag of dat besluit bevorderlijk is voor een goede toepassing van de WOR en de medezeggenschap. Op basis van de rechtspraak en wetsgeschiedenis moet die vraag worden beantwoord aan de hand van de omstandigheden van het geval. De kantonrechter moet niet ‘op de stoel van de ondernemer gaan zitten’, maar zich beperken tot de vraag of de ondernemer in redelijkheid tot het besluit heeft kunnen komen. Zowel de feitelijke als de juridische zeggenschap over AH e-Commerce en de winkelorganisatie is in dezelfde handen, namelijk bij Albert Heijn B.V. Dit levert een omstandigheid op die eraan bijdraagt dat instelling van een GemOR gerechtvaardigd is. De kantonrechter stelt daarnaast vast dat de ondernemingen waarvoor de GemOR is ingesteld een gemeenschappelijk financieel, strategisch en sociaal beleid hebben. De kantonrechter vindt het aannemelijk dat het bevorderlijk is voor een goede communicatie dat het management van de winkelorganisatie en AH e-Commerce met één GemOR overlegt over dezelfde of verwante onderwerpen in die organisaties. Door de instelling van een onderdeelcommissie voor AH e-Commerce wordt gewaarborgd dat specifieke aangelegenheden betreffende AH e-Commerce door die commissie kunnen worden behandeld in het kader van de medezeggenschap.

Getir en Gorillas zijn virtuele winkels en vallen onder Bpf Levensmiddelenbedrijf
In AR 2024-0596 en AR 2024-0597 oordeelt de rechtbank Amsterdam dat Getir en Gorillas onder de werkingssfeerbepalingen van het Bpf Levensmiddelenbedrijf vallen, omdat zij beide kwalificeren als een virtuele winkel (handelend in levensmiddelen). Nu van samenloop met Bpf Detailhandel of Vervoer geen sprake is, komt de rechter niet toe aan de ‘samenloop’-toetsing. Eerder oordeelde de rechtbank Utrecht dat partijen, samen met onder meer PicNic, onder de werkingssfeer van de Cao Levensmiddelenbedrijf vielen (zie AR 2024-0290).

Tweemaal proeftijdontslag in twee opvolgende maar verschillende functies houdt stand
In AR 2024-0598 oordeelt de kantonrechter over de ‘tenzij-grond’ bij opvolgende arbeidsovereenkomsten en proeftijdbedingen. Werknemer was aangesteld als Chief of Staff (CoS) maar in de proeftijd werd deze overeenkomst beëindigd om vervolgens een nieuwe arbeidsovereenkomst voor de functie Chief Digital Officer (CDO) aan te gaan. Ook deze overeenkomst is in de proeftijd beëindigd. De centrale vraag is of dit tweede proeftijdbeding rechtsgeldig is overeengekomen. De rechter oordeelt dat dit het geval is nu de functie van CDO duidelijk andere vaardigheden en eisen met zich brengt dan die van CoS.

Vragen of opmerkingen
Indien u problemen ondervindt met inloggen, kunt u contact opnemen met het secretariaat van de VAAN via het e-mailadres secretariaat@vaan-arbeidsrecht.nl. Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest ons nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Hoge Raad

Hof

Rechtbank